Wat maakt jouw werk in het AVL zo bijzonder?
“De zorg voor de oncologische patiënt is veelzijdig in een organisatie waar klinisch wetenschappelijk onderzoek en patiëntenzorg samenkomen. Als verpleegkundig specialist voel ik me hier continu uitgedaagd. De zorg voor en de behandeling van een gemetastaseerde patiënt balanceert vaak tussen hoop en vrees en kan extreem ingewikkeld zijn. Dit vraagt flexibiliteit en motivatie van de zorgverleners. Het is fijn dit met elkaar te doen.”
Waarom ben je destijds onderzoek gaan doen?
“Ik had de zorg voor patiënten met een lokaal gevorderd niet-kleincellig longkanker die concurrente chemoradiatie ondergingen. Deze behandeling genereerde veel toxiciteit (bijwerkingen) die nog onvoldoende onderzocht en belicht was. Dit leidde tot het verzamelen van veel data die gebruikt is om (het voorspellen van) deze toxiciteit te analyseren.”
Wat heeft jouw onderzoek opgeleverd?
“Het heeft ten eerste bewustwording opgeleverd over de toxiciteit bij deze behandeling. De data laat zien dat veel patiënten de behandeling vroegtijdig moesten staken door bijvoorbeeld slokdarmproblemen, ondervoeding of elektrolyten- en nierfunctiestoornissen. Mijn onderzoek heb ik gedaan in samenwerking met de afdeling radiotherapie. Aanpassingen op het gebied van bestraling op de slokdarm is een van de praktische uitkomsten van het onderzoek. Een hydratieprotocol is een andere uitkomst.”
Wat heeft het doen van onderzoek jou persoonlijk gebracht?
“Ik beschouw een promotietraject als een opleiding tot onderzoeker en heb daar, door schade, schande en plezier, veel van geleerd. Het was ontzettend fijn te zien dat mijn onderzoek heeft geleid tot vermindering van bijwerkingen bij de betreffende patiënten. Dit stimuleert mij door te gaan op het gebied van supportive care en hierin de samenwerking te zoeken met andere disciplines zoals paramedici en medisch specialisten.”
Wat is je ambitie voor de komende jaren? En hoe kunnen je collega's je helpen met deze ambitie?
“Een belangrijke ambitie is om (nog) beter te kunnen anticiperen op toxiciteit rondom een behandeling. Het vermindert de kans op uitval tijdens een behandeling; curatief of palliatief. Deze missie wordt ondersteund door de Multinational Association of Supportive Care in Cancer (MASCC), een organisatie waar ik graag lid van ben en veel kan halen. Aanrader voor iedereen overigens!
Om stappen te zetten om mijn ambitie na te streven is meer onderzoek, dus tijd en mankracht, nodig. De hoogstaande zorg die het AVL nastreeft kunnen we verbeteren als we naast fundamenteel en geneesmiddelenonderzoek ook de ondersteunende zorg wetenschappelijk kunnen onderbouwen en implementeren. Inmiddels heeft het Antoni van Leeuwenhoek veel wetenschappelijk geschoolde verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten.”
en
English
