Lange aanloop
De standaardbehandeling voor patiënten met uitgezaaide huidkanker (melanoom stadium III) bestaat uit het verwijderen van de lokale lymfeklieren, gevolgd door een jaar nabehandeling met immuuntherapie of doelgerichte therapie. “Desondanks komt bij bijna de helft van deze patiënten de ziekte binnen drie tot vijf jaar toch nog terug”, vertelt Blank. Tien jaar geleden begon hij daarom met de OpACIN-studie; de eerste studie waarin immuuntherapie voorafgaand aan een operatie, (neoadjuvante immuuntherapie) werd vergeleken met immuuntherapie na een operatie (adjuvante behandeling). De studie toonde aan dat neoadjuvante immuuntherapie een sterkere en bredere immuunrespons tegen de tumor kon induceren, maar wel met meer bijwerkingen. Blank: “Daarom zetten we de OpACIN-neo-studie op, waarin drie schema’s met verschillende doseringen zijn onderzocht en een veilig en effectief schema werd gevonden. In de PRADO-studie is vervolgens deze optimale dosering al bij 99 patiënten toegepast. Bij patiënten die hier goed op reageerden, werd de operatie en nabehandeling achterwege gelaten.”
In 2022 publiceerde Blank met zijn onderzoeksgroep de resultaten van deze PRADO-studie waar 60 van de 99 patiënten met een uitgezaaid melanoom goed reageerde op de immuuntherapie voor de operatie. “Het uitvoeren van deze studies heeft uiteindelijk geleid tot de opzet van de NADINA-studie, de allereerste fase 3-studie naar neoadjuvante immuuntherapie bij huidkanker”, aldus Blank.
Hoge respons
In de NADINA-studie werden wereldwijd 423 patiënten verdeeld over twee groepen. De ene groep kreeg de standaardbehandeling met eerst een operatie, gevolgd door 12 kuren immuuntherapie met nivolumab. De andere groep kreeg twee behandelingen immuuntherapie met ipilimumab en nivolumab gevolgd door een operatie. Blank: “Bij 59% van de patiënten die immuuntherapie vóór de operatie kregen, was de tumor bijna compleet of volledig verdwenen, waardoor geen aanvullende behandeling nodig was”. Ook voor mensen met een slechte respons en slechte prognose is er winst geboekt: zij konden een nabehandeling met immuuntherapie of doelgericht therapie na de operatie ondergaan.
Effectief en kostenefficiënt
Het succes van de behandeling is op de korte termijn al zichtbaar. Na een jaar was bijna 84% van de patiënten die neoadjuvante behandeling hadden gekregen nog tumorvrij, vergeleken met 57% in de groep met de huidige standaardbehandeling. Blank: “Bij patiënten waar de tumor bijna compleet of volledig was verdwenen was dit nog hoger; 95% bleef tumorvrij, en dit met alleen zes weken behandeling”. Bij patiënten waarbij de tumor gedeeltelijk was verdwenen, was 76% nog tumorvrij een jaar na de start van de behandeling, tegenover 57% die geen goede reactie op neoadjuvante behandeling hadden gehad. Deze laatste twee patiëntengroepen kregen nog extra nabehandeling na de neoadjuvante immuuntherapie en de operatie. Over drie jaar verwachten de onderzoeker te kunnen zeggen of deze positieve trend zich voortzet en ook de overleving zal verbeteren. De volgende uitdaging in dit onderzoeksgebied zal zijn om de uitkomst van de patiënten die minder goed reageren verder te verbeteren.
Naast een betere kans op tumorvrijheid werd ook de behandelduur in de meerderheid van de patiënten aanzienlijk verkort naar zes weken. Blank: “De behandeling is een stuk goedkoper, namelijk 16.000 euro per patiënt in plaats van 68.000 euro, wat in Nederland een besparing oplevert van ongeveer 30 tot 40 miljoen euro en wereldwijd zelfs van een miljard euro”.
De behandeling moet nog worden geregistreerd en goedgekeurd in Nederland voor vergoeding door de zorgverzekering. Daarom is deze nog niet direct beschikbaar zijn. Blank: “momenteel zijn wij met overheid instanties bezig deze nieuwe behandeling in het zorgpakket te krijgen, zodat het te zijner tijd vergoede zorg zal worden”.
Behandeling op maat
Er lopen momenteel veel onderzoeken naar neoadjuvante behandelingen bij verschillende tumoren, zoals long-, blaas- en borstkanker. “Vaak wordt in deze studies een neoadjuvante aanpak gecombineerd met een standaard aanvullende behandeling na de operatie, in plaats van de behandeling te sturen op basis van de reactie na het neoadjuvante deel”, legt Blank uit. “De NADINA-studie is echt de allereerste studie binnen de oncologie die een puur immuun therapeutische én gepersonaliseerde behandeling onderzocht. Uiteindelijk is het doel om immuuntherapie op maat te kunnen bieden, door het tumor-RNA van elke patiënt uit te lezen en op basis daarvan de behandeling te geven waarvan we weten dat die het beste aanslaat”.