Ton Schumacher wint ESMO Award for Immuno-Oncology 2024: “De samenwerking tussen NKI en AVL groeit met de jaren”
12 dec. 2024 14:30
Ton Schumacher, groepsleider kankerimmunologie bij het Nederlands Kanker Instituut (NKI), ontving op 11 december de ESMO Award for Immuno-Oncology 2024. Deze prijs werd hem toegekend als erkenning voor zijn uitzonderlijke bijdragen aan het veld van immuno-oncologie en ons begrip van de werking van immuuntherapie. In dit interview vertelt hij over wat de prijs voor hem betekent en over zijn tijd als interim wetenschappelijk directeur bij NKI.
Wat betekent het voor jou dat je deze award hebt gewonnen?
“Het is altijd mooi om waardering te krijgen voor je werk. Voor mij is het ook een moment om terug te kijken op wat we in de afgelopen decennia hebben bereikt. Het is opmerkelijk hoeveel we nu weten en kunnen op het gebied van kankerbehandelingen. Dit was nog niet mogelijk toen ik hier als student begon. De samenwerking tussen het NKI en AVL groeit met de jaren en het fundamenteel onderzoek wordt steeds vaker toegepast in de praktijk. Hierdoor is wetenschappelijk onderzoek naar kanker tegenwoordig ontzettend boeiend.”
Wat is de focus van je onderzoek?
“Wij onderzoeken hoe het afweersysteem kankercellen kan onderdrukken. Dit begon met fundamenteel werk, niet specifiek gericht op kanker. Jaren geleden beschreven we de mechanismen waarmee zieke cellen in het lichaam eiwitfragmenten op hun oppervlak presenteren aan afweercellen. Toen de eerste bemoedigende resultaten met immuuntherapie zichtbaar werden besloten John Haanen en ik onze kennis toe te passen om te begrijpen hoe immuuntherapie het afweersysteem in staat stelt om kankercellen te vernietigen. We wilden weten waarom deze therapie voor de ene patiënt werkt en voor de andere niet, en met name hoe T-cellen in ons afweersysteem tumorcellen als afwijkend kunnen herkennen.”
Voor welk onderzoek heb je de award hebt gewonnen?
"We hebben een nieuwe technologie ontwikkeld die ons helpt te begrijpen hoe T-cellen kankercellen kunnen herkennen en opruimen. We hebben vervolgens aangetoond dat afwijkende eiwitfragmenten, die ontstaan door DNA-schade in kankercellen, een sleutelrol spelen in de herkenning van kankercellen door het immuunsysteem. Dit verklaart naar waarschijnlijkheid ook waarom dit type immuuntherapie de meeste activiteit laat zien bij vormen van kanker met relatief veel DNA-schade. Daarnaast hebben we in een samenwerking met Christian Blank ons begrip van T cel activiteit gebruik om te suggereren dat immuuntherapie vóór chirurgische verwijdering van een tumor, zogenoemd neoadjuvante immuuntherapie, beter zou werken dan dezelfde immuuntherapie na chirurgie. Deze hypothese bleek correct en neoadjuvante immuuntherapie wordt momenteel wereldwijd verder onderzocht met soms spectaculaire resultaten."
Je bent recentelijk afgetreden als interim wetenschappelijk directeur bij het NKI. Hoe heb je deze rol ervaren?
“Ik was, na het vertrek van René Medema, acht maanden interim-directeur tot de recente aanstelling van Thijn Brummelkamp als onze nieuwe wetenschappelijk directeur. Ik heb deze tijd als zeer positief ervaren. Het is inspirerend om met veel mensen samen te werken, zowel met de raad van bestuur als met andere delen van de organisatie. Wat ik interessant vond, is dat we een redelijk platte organisatie zijn met weinig hiërarchie. Dit zorgt ervoor dat veel mensen zich betrokken voelen en met nieuwe ideeën komen. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld de Friday Spotlight Seminars. Deze cultuur zorgt ervoor dat we goed blijven nadenken over wat bij ons past als instituut en hoe we de beste wetenschap kunnen bedrijven. Het wij-gevoel is een historische kracht van het NKI.”
Wat hoop je te hebben bijgedragen aan het NKI gedurende jouw tijd als interim wetenschappelijk directeur?
“Ik hoop dat ik de mensen binnen het NKI het gevoel heb gegeven dat ik er voor hen was. Mijn doel was om gezamenlijk het NKI een stapje verder te helpen. Ik hoop dat ik het community-gevoel heb kunnen versterken.”
Waar ga je je nu op focussen nu binnen je carrière?
“Naast mijn huidige functie werk ik twee dagen per week bij een venture capital fonds in Amerika. Dit combineren met mijn werk als groepsleider en interim wetenschappelijk directeur was moeilijk, dus ik ga dit nu weer opbouwen. Bij het fonds kijken we naar interessante ideeën op het gebied van wetenschap en welke nieuwe bedrijven we kunnen opbouwen. Daarnaast richt mijn lab zich nu op het creëren van grote datasets en modellen om T-celherkenning te voorspellen. Deze modellen willen we evalueren en verder trainen tot het moment dat we met grote precisie kunnen voorspellen hoe het afweersysteem van een individuele patiënt kankercellen herkent. Dat is de grote ambitie en uitdaging. Het NKI blijft een heel speciale en inspirerende plek voor mij."